In 2014 liep ik van Wateringen in Nederland (in het Westland) naar Fisterra in Spanje (ten westen van Santiago de Compostela).
Daarna besloot ik om niet terug te keren naar Nederland, maar verder te zwerven.
Sinds begin 2022 heb ik, na bijna 8 jaar zwerven in Noord-Spanje en heel Frankrijk, een huisje in de Loire-Atlantique in Frankrijk.
Ik volg momenteel een opleiding waarmee ik straks aan de slag kan in de hulpverlening.

Archief

Micro-entrepreneur

S’installer ‘au micro’

Tja, weer zo’n lange stilte…
Niet dat er niks gebeurt. Integendeel eigenlijk. ‘t Is meer dat ik steeds denk ‘Nou, dan regel ik nog even dàt, en dan heb ik leuk, groot nieuws voor mijn blog.‘. En dan blijkt het regelen van dàt net even wat ingewikkelder dan ik dacht, of ronduit onmogelijk, en dan laat ik me weer meeslepen in het regelen van een alternatief, enzovoort.

Goed, regelen dus. ‘Ik hoop in ieder geval dat begin maart alles rond is‘, schreef ik een maand geleden.
Nee.

Ik schreef al eerder dat Frankrijk erg goed voor zijn daklozen zorgt. En dat vind ik nog steeds, en veel andere landen kunnen daar een voorbeeld aan nemen.
Totdat je als dakloze uit je situatie probeert te klimmen, naar de ‘gewone’ wereld. Dan val je in een soort gat. Er zijn geen regelingen voor compagnons van Emmaüs die eigen baas willen worden. Die groep is gewoon te klein, en dus heeft niemand het ooit nodig gevonden die op te nemen in subsidie- en andere regels. Er zijn allerlei regelingen voor mensen die beginnen vanuit een WW- of bijstandsuitkering — voor renteloze leningen, belastingvoordelen, enzovoort — maar voor mij gaan die allemaal niet op. En dat ben ik dus de afgelopen weken allemaal aan het uitzoeken en proberen geweest.

Maar gelukkig zijn er buiten al die instanties ook nog gewoon mensen.
Het begon met Ted en Agatha, een Nederlands stel dat ik leerde kennen als klanten bij Emmaüs. Enthousiast een Nederlander gevonden te hebben die zijn Hollandse ondernemersmentaliteit toont, namen zij contact op met een vriend in Portugal, om te zien of die wellicht werk voor mij had. Toen dat niet het geval bleek, boden ze me hun caravan aan. Niet te leen, of ter overname, maar kado. Dus waar het plan eerst was om me, opgevouwen tussen mijn gereedschap, achterin een klein bestelautootje, een nieuwe hernia te slapen terwijl ik geld bij elkaar spaarde voor een camper, daar kon ik nu op zoek naar zo’n zelfde klein bestelautootje, maar dan met trekhaak, om mijn eigen huisje achter me aan te slepen; een vooruitzicht dat mijn plannen heel wat realistischer maakte. De caravan was weliswaar helemaal leeg (‘leeg’ als in ‘leeg’: geen bed, geen keukentje, geen kastjes, niks), maar desondanks zou ik me, beschermd tegen de elementen, een weg door de zomer heen kunnen improviseren. Het ‘idee’ mijn diensten als klusser, schoonmaker en tuinman aan te gaan bieden aan campings, hotels en b&b’s, werd een ‘plan’.
En toen verscheen een paar weken geleden Claude; een nieuwe vrijwilliger bij Emmaüs met een interesse voor elektronica, mijn afdeling. Claude helpt me een halve dag per week in l’atelier électro (de elektro-werkplaats) bij het testen en verkoop-klaar maken (of weggooien) van alles met een stekker. In eerste instantie was Claude niet heel enthousiast over mijn plannen om te vertrekken: hij had net van me geleerd dat daklozen niet altijd eng of gevaarlijk of alcoholist zijn, en nu moest hij zich al gaan voorbereiden op mijn vertrek. Maar in gesprek met Tito, een gepensioneerde chirurg die eigenlijk Pierre heet, en nu als vrijwilliger houten meubels opknapt bij Emmaüs, leerde hij al snel dat het dat is waar het uiteindelijk om gaat: daklozen helpen een mooier leven te leiden. En dat nam Claude vrij serieus: hij herinnerde zich dat zijn dochter een caravan had waar ze graag vanaf wilde, pleegde een telefoontje, en bood mij de caravan aan; ook kado. En deze caravan is niet leeg, maar beschikt over een bed, een keukentje, enzovoort. Ik heb de caravan nog niet gezien, dus ik weet niet in welke staat hij verkeert, maar zelfs als het onderstel tot op het hart verroest is, en de regen door het dak heen huilt, zou ik de inrichting over kunnen zetten naar de caravan van Ted en Agatha. Dus zo werd het leven nog een stukje mooier.

Maar goed, een betere organisatie betekent (helaas) ook meer kosten. Dankzij mijn opleiding weet ik nu hoeveel belasting ik moet betalen, en het bezit van een caravan betekent ook zekere eisen aan de auto die ik aanschaf. En dus heb ik een lening nodig. En dat valt niet mee: banken zwaaien hun deur dicht zodra ze ‘Emmaüs’ horen, en de renteloze startersleningen die bestaan voor uitkeringstrekkers, zijn niet beschikbaar voor compagnons van Emmaüs. Ik heb nu een aanvraag gedaan voor een microkrediet bij een stichting die in het leven is geroepen om mensen die niet bij een bank terecht kunnen, toch aan een lening te helpen. De beslissing is nog niet gevallen, maar de dame waarbij ik de aanvraag heb gedaan, heeft al aangegeven dat ik waarschijnlijk te weinig garanties heb. Morgen overleggen de 2 leidinggevenden en de voorzitter van Emmaüs Rodez of Emmaüs misschien garant kan staan voor mijn lening, maar er is me al te verstaan gegeven dat ik niet al teveel hoop moet hebben.

Maar dat is dan wel de laatste horde om te nemen: ik ben sinds afgelopen vrijdag ingeschreven bij de Chambre de Métiers (KvK), de website is zo goed als klaar (het blog dat eerst op roblalau.net stond, vind je nu op ohreally.nl), mijn eerste klant is binnen (waar ik afgelopen week al had kunnen beginnen als ik een auto had gehad om er te komen), en zoals gezegd staan er 2 caravans op me te wachten.
Dus ik sta in de startblokken, en ik vertrek zodra ik op de een of andere manier een autootje gescoord heb.

Ik hoop snel (goed) nieuws te hebben.